De Bom
Had in het weekeinde ruim driehonderd jaar levensbagage verenigd in vier personen op bezoek. Ons moeder met haar broer, zus en schoonzus. Gedenkwaardig en indrukwekkend. Zo hoorde ik dat ik bijna geen moeder meer had gehad. Sterker nog, ik zou er bijna niet geweest zijn. Ze was een jaar of twaalf, ons moeder. Het was dik oorlog, 1942. Ze had een broer die alles verzamelde op het gebied van oorlog en zo. Iemand in de Achelse Kluis, die ze kenden, wist dat en had iets moois: een bom, glimmend en onbeschadigd. Het ding ging achter op de bagagedrager van de broer van ons moeder. Ons moeder nam plaats òp de bom. In Valkenswaard kregen ze een lekke tuup. Wat doe je dan? Juist, dan zet je een fiets op zijn kop, in dit geval mèt bom. De band werd gerepareerd, de tocht vervolgd naar Eindhoven. Ons moeder weer op de bom. Thuis raakte haar vader -mijn opa- in opperste paniek. De politie kwam het ding ophalen. "Niet waar," zegt mijn oom, "dat was de Marechaussee...". Het ding werd elders tot ontploffing gebracht.