Te laat
Ik moest en zou bij de padvinderij. Als kind dan. Vond dat wel leuk: zo'n pakje, zo'n akela. Zoals later in mijn leven ook zou blijken: gewoon onderaan beginnen Donders. Welp dus. Met zo'n petje, groen, en sokken, met flosjes. En een 'manchesterse boks'. Wat wàs ik trots. Op appèl moesten we: 'Akela wij doen ons bèst!' roepen, zo hard als het kon. Ze hadden me opgejut, die anderen. "Jij durft niet er achteraan te roepen: trek uw rok uit en wij doen de rest," luidde de uitdaging. Ik was geen held, maar ik liet me die keer wel verleiden, zo klein als ik was. Zonder overigens maar enig idee te hebben wat 'de rest' dan wel niet zou zijn. Einde welp-carrière. Omdat ik vrij eenvoudig in elkaar zit, heb ik sinds die tijd niks meer met welpen, padvinders, kabouters, akela's, hopmannen en Baden Powell. Maar vandaag hoorde ik dat Máxima beschermvrouwe wordt van de padvinderij. En met Máxima heb ik nou wèl weer wat. Onze eigen, allochtone, ingeburgerde Máxima. Zou ik alsnog bij de padvinderij kunnen? Of ben ik te laat? Niet dat ik op een appèl nu nog een keer zou roepen wat ik toen riep, pieker er niet over. Maar Máxima als akela, ach dat lijkr me wel wat.